Plantgatvoorbereiding en planten

Volg deze plant instructie om jouw planten optimaal te verzorgen. Diameter van het plantgat 1,5 tot 2x de kluitdiameter en niet dieper dan de kluit.
Bij het lossen van de planten, de planten alleen aan de kluit hijsen. Niet bij de stam.
PLANT NIET TE DIEP! De bovenkant van de kluit minstens 5 cm boven het niveau van de omliggende grond.
Laat de jute en gaas om de kluit zitten. Ze beschermen de kluit tijdens het planten en zullen snel composteren.

Vul het plantgat aan en verdicht de grond door deze aan te trappen. Indien verankering nodig is dienen de boompalen te worden aangebracht voordat het plantgat aangevuld wordt.

Verankeren

Grote bomen/planten moeten verankerd worden. Neem 2 of 3 boompalen en plaats deze net buiten de kluit.
Gebruik een brede boomband die de stam niet afknelt.
Denk eraan dat de stam gaat groeien en de band dan moet worden aangepast.

Water geven

Maak na het planten een gietrand (dijkje van grond), ca. 15-20 cm hoog en met een diameter iets kleiner dan de diameter van de kluit. Geef water op de kluit. Het dijkje zorgt ervoor dat het water langzaam in de kluit kan sijpelen.

Geef de plant meteen na aanplant water. Zorg ervoor dat de kluit niet uitdroogt! Controleer het vochtgehalte in de bodem/kluit minstens 1x per week, ook bij regenachtig weer.
De grond moet vochtig blijven, maar mag niet te nat zijn.

Uw tuin of project is de eindbestemming voor onze planten. Voor een goede aan- en hergroei adviseren wij om ze direct na aanplant licht te snoeien.

Op onze kwekerij verplanten wij de planten periodiek om te zorgen voor een compact wortelgestel. Tijdens het rooien van een plant uit de volle grond is het onvermijdelijk dat ze toch een klein gedeelte van hun wortels verliezen. Er ontstaat een onbalans tussen het ondergrondse en bovengrondse deel van de plant.

Om de balans terug te brengen is het raadzaam om haagplanten licht te scheren. Bij bomen en meerstammigen is het advies om de kroon licht uit te dunnen (te reduceren) na aanplant. Bomen die na aanplant niet gesnoeid worden staan de eerste jaren vaker dun in hun blad om verdamping te beperken. Bij bomen waarvan de kroon is uitgedund zien we daarentegen een sneller herstel, minder uitval, eerder een vollere kroon en meer diktegroei op de stam.

Haagplanten

  • Na aanplant licht scheren. Met deze eerste snoeibeurt wordt de haag meteen strak gezet en het volume wat gereduceerd.
  • Afhankelijk van de soort de haag 1 à 2 keer per jaar snoeien om de haag gezond en dicht te houden.
  • Snoeien van hagen draagt bij aan een langere levensduur.

Meerstammige heesters en bomen

  • Door het uitdunnen van één- of tweejarige hout na aanplant verwijder je bladmassa.
  • 15 tot 20 % kan na aanplant verwijderd worden om de verdamping terug te brengen. Houdt de vorm van de kroon hierbij goed in het oog.
  • Snoei het hout met het meeste blad. Dit zorgt mede voor het succes van de hergroei.
  • Takken terugsnoeien boven een zijtak of knop.
  • Door de onderste kleine takken te verwijderen komen de stammen van meerstammige beter tot hun recht.
In combinatie met een goede voedingsrijke bodem en regelmatige watergift gedurende de
groeiperiode krijgt de plant de optimale behandeling die hij verdient na verplanting.